In het jaar 1988 gingen wij met de sectie Duits naar Berlijn, één jaar voordat De Muur viel. In een bus van het Belgische bedrijf “De Wilg”, met als chauffeur ene Johnny, togen wij als mavoklantjes naar het Olympisch Stadion van Berlijn. Daar sliepen we, omdat alle hotels vol zaten, zo werd ons gezegd. Het stadion was rond gebouwd en elke avond luisterden wij aan onze zaaldeur of er geen patrouille van leraren aanwezig was op de gang. Stiekem gingen we dan naar de meidenzaal. Daar konden we het goed volhouden tot aan de volgende ochtend tot aan het moment dat één van ons het besef had dat we vóór het ochtendappel in onze eigen bedjes moesten liggen. Stel je voor dat er een ijverige leraar kwam controleren! Wij stilletjes over de gang naar onze zaal met achter ons de bekende stem van Gonnie van Balveren-Poell. Maar ja, de gang liep ook rond dus ze kon ons nét niet zien! Tja, we waren jong, enthousiast en in aanwezigheid van zoveel vrouwelijke reisgenoten, verworden tot braniemakende, luidruchtige schepsels. Tot aan Checkpoint Charlie! Daar werd het ijzingwekkend stil in de bus. Niemand sprak meer, niemand die de controlerende militair aan durfde te kijken tijdens de paspoortcontrole. Het bezoek aan het Checkpoint Charliemuseum staat bij iedereen nog in het geheugen gegrift.
We mochten van tevoren aangeven wat we elke dag als avondactiviteit wilden. Nu begrijpt u wel dat bijna alle pubers het liefst naar de disco gingen. Vóór vertrek nam meneer Geuyen de microfoon in de bus in de hand en zei: “Dames en Heren, als je het waagt om straks straalbezopen bij de bus aan te komen, dan mag je lopen!” Opvallend was dat juist chauffeur Johnny en meneer Geuyen de enige statafel in de discotheek stevig bezet hielden. Degenen van ons die geld hadden, voerden hen lustig met baco. U begrijpt wel wie er uiteindelijk eigenlijk had moeten lopen…
Een mooie reis, vol met uitzonderlijke ervaringen. Speciaal, omdat wij de laatste groep van de PvH waren die De Muur in originele staat heeft gezien.